Gelukkig bestaat er in Nederland enige regelgeving aangaande stof op de werkplek. Uitgangspunt is daarbij dat werknemers hun werk gezond en veilig kunnen doen. Indien er gewerkt wordt met gevaarlijke stoffen moet de blootstelling aan gevaarlijke stoffen zoveel mogelijk worden voorkomen. Logisch. Maar welke regelgeving volg je in geval van papier en kartonstof?
Het wettelijk beleid van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid met betrekking tot het werken met gevaarlijke stoffen is grotendeels terug te vinden in hoofdstuk 4 van het Arbobesluit.
In dit Arbobesluit is opgenomen dat de maatregelen in een bepaalde volgorde moeten worden genomen. Dit volgens de arbeidshygiënische strategie. Voor werken met gevaarlijke stoffen is hiervoor een concretere uitwerking gemaakt in de STOP-strategie. Maar voor "minder gevaarlijke stoffen", zoals papier en kartonstof, is er minder duidelijkheid. Hier schiet de regelgeving vaak te kort of is er onduidelijkheid over hoe gevaarlijk de stof nu werkelijk is.
Veilig werken met gevaarlijke stoffen
Werkgevers dienen te bepalen of werknemers veilig werken met gevaarlijke stoffen. Dit kan door de blootstelling aan een stof te vergelijken met de grenswaarde van de stof. Indien de blootstelling lager is dan de wettelijke of publieke grenswaarde dan kan men veilig werken. De Sociaal-Economische Raad beheert de databank Grenswaarden Gevaarlijke Stoffen op de werkplek. In deze databank zijn de grenswaarden terug te vinden die gelden in Nederland en andere landen. Zo ook de grenswaarden van papier- en kartonstof
Regelgeving papier- en kartonstof (grenswaarde)
De grenswaarde voor gevaarlijke stoffen wordt in principe vastgesteld op basis van het ‘drempelwaarde-effect’. Dat betekent dat bij concentraties er geen gezondheidseffecten aangetoond zijn onder de grenswaarde. Om die reden is het voldoende als de werkgever kan aantonen dat de blootstelling aan een stof beneden de wettelijke grenswaarde ligt. Maar welke dient hij dan te hanteren?
Buitenlandse grenswaarden papier en kartonstof
Frankrijk
10 mg/m3 (TGG - 8u)
Oostenrijk
5 mg/m3 inhaleerbare fractie (TGG - 8u)
10 mg/m3 inhaleerbare fractie (TGG - 15min)
Verenigd Koninkrijk
10 mg/m3 inhaleerbare fractie (TGG - 8u)
4 mg/m3 respirabele fractie (TGG - 8u)
20 mg/m3 inhaleerbare fractie (TGG - 15min)
Zweden
2 mg/m3 totaal stof (TGG - 8u)
Zwitserland
3 mg/m3 respirabele fractie (TGG - 8u)
Er wordt dus onderscheid gemaakt tussen grenswaarden voor respirabel en inhaleerbaar stof.
Stof dat door de neus of de mond wordt ingeademd heet inhaleerbaar stof. Als het vervolgens ook nog tot in de longblaasjes door kan dringen, spreken we van respirabel stof. En dan is er nog totaal stof. Opvallend is tevens dat de grenswaarde van Nederland danwel de EU ontbreekt en dat de verschillen tussen de landen enorm zijn. Waarbij Zweden de beste "toon" zet.
Wat kun je doen tegen teveel papier- en kartonstof?
Gelukkig valt er op een eenvoudige wijze veel aan te doen. Bijvoorbeeld door de inzet van actieve industriële luchtreinigers. Luchtreinigers die gemaakt zijn om grote hoeveelheden lucht te verschonen van stof en het nog gevaarlijkere respirabele fijnstof. Voor algemene informatie over luchtreiniging, luchtkwaliteitsmetingen en luchtreinigers neemt u contact op met CleanAirNederland.com via telefoon +31 416 229028 of info@cleanairnederland.com.
Kijk voor meer informatie over het wettelijk beleid van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op www.arboportaal.nl.
Comments